Rammenas noodles met paksoi champignons en eierlinten

De rammenas, had jij er al wel eens van gehoord? Deze knol met een zwarte schil is van binnen helderwit. Hij is familie van de radijs, daikon en rettich. Het belangrijkste verschil tussen deze vier is dat radijsjes boven de grond groeien, terwijl daikon, rettich en rammenas voor het grootste deel ondergronds groeien, als wortelknollen. De smaak van rauwe rammenas lijkt het meest op die van radijs. Gekookt doet het denken aan de smaak van meiraapjes. Rammenas zou een heilzame werking kunnen hebben op de galblaas en de spijsvertering.

Bereiding (30 min)

1. Schil de rammenas en snijd in dunne linten met een dunschiller, kaasschaaf of spiraalsnijder. Of snijd de rammenas in dunne staafjes of plakjes. Pel de ui en snijd in halve ringen. Pel en snipper de knoflook. Veeg de champignons schoon en snijd in plakken. Was de paksoi en snijd in repen (houd het witte en groene deel van elkaar gescheiden).
2. Verhit olie in een wok of diepe pan en bak de ui en knoflook kort aan. Voeg de champignons toe en bak even mee. Voeg dan het witte deel van de paksoi toe. Breng de groenten op smaak sojasaus. Voeg vervolgens het groene deel van de paksoi toe en roerbak nog 1 minuut mee.
3. Klop de eieren los en verhit olie in een bakpan. Bak een omelet van de eieren, breng op smaak met zout en (chili)peper en snijd in lange, dunne linten.
4. Je kunt de rammenas noodles kort roerbakken, of rauw serveren. Het is lekker als ze nog knapperig zijn.
5. Hak de pinda's grof. Serveer de rammenas noodles met de groenten en eierlinten. Strooi de pinda's erover.